In 1667 is deze zesponder gegoten door Cornelis Ouderogge voor de Admiraliteit van de Lage Landen. Je kunt er kogels van zes pond mee afschieten. Vandaar de naam zesponder. Oorspronkelijk maakte dit kanon deel uit van het geschut van de 7 Provinciën, het schip waar Michiel Adriaenszoon de Ruyter het commando over voerde. Een kleine eeuw later (1759) werd het in gebruik genomen op het oorlogsschip De Delft.
In 1797 beleefde De Delft een hachelijk avontuur:
Op woensdag 11 oktober 1797 krijgt de Bataafse vloot, waar De Delft deel van uitmaakt, bij Camperduin een Brits schaduweskader in zicht. De Delft gaat op verkenning uit, maar als het Britse eskader plotseling de aanvalsvlaggen hijst, geeft vice-admiraal De Winter het sein aan de Delft om terug te keren. Helaas vangt deze het sein niet op.
Pas als De Winter aan de hele Bataafse vloot vervolgens de opdracht geeft om zich gereed te maken voor het gevecht, vangt De Delft het sein op. Helaas, te laat. Op 11 oktober 1797, om ongeveer 13.45 uur, is voor De Delft de strijd gestreden. Het schip raakt zwaar beschadigd en wordt op sleeptouw genomen. Maar ook dat gaat mis, want door de harde wind breekt de sleepkabel en vergaat het schip voor de kust van Scheveningen.
Zodoende lag het wrak van De Delft 180 jaar verborgen in het donkere water van de Noordzee. Tot een nazomermiddag in 1977, als de Scheveningse visser Maarten Letsch met zijn kotter een roestige kogel en een stuk wrakhout opvist. Op de vindplek van Maarten treffen duikers het wrak van De Delft aan, met daarin het kanon dat in 1667 door Cornelis Ouderogge gegoten is.
Alles wat hij vindt
heeft een eigen verhaal.