De
Microscoop In 1678 deed Christiaan Huygens een aantal waarnemingen met een microscoop. Wat hij zag is hier te lezen. 13 maart 1678 De diertjes in met peper bestrooid water opgemerkt. Het was de 4 of 5e dag dat ik het bewaard had. Ze waren doorzichtig en hun lichaam was niet groter dan de bolletjes in melk. Het bleek dat niet vele ervan bewogen, en niet met zo'n snelle voortgang als die in zaad. Ik had ze genomen uit het wateroppervlak, waarop iets als een of ander fijn en witachtig vet dreef. Het aantal diertjes was niet groot. 14 maart 1678 Opnieuw iets van het bovendrijvende vliesje tussen glazen schijfjes ingesloten. Waar nu een wonderbaarlijke menigte was van zulke diertjes, alsof ze in massa bijeengebracht waren, maar ze bewogen maar met een korte beweging, hoewel vrij snel, tussen elkaar door. Deze beweging werd waargenomen aan hun glans, omdat ze in een bepaalde stand licht gaven, maar in andere standen minder. Als ik ze recht tegen het licht hield bleek er bijna niets van beweging, maar wel als het licht van opzij inviel. Lees Huygens in zijn eigen woorden. |
Alles wat hij vindt heeft een eigen verhaal. |
|
ACHTERUIT | VOORUIT | |
[Terug naar het stadsjuttersarchief] | ||